Juffrouw Kitty Kikker wil haar klas, groep 3 van de Alle Dieren School in het Grote Hazelbos, vandaag een verhaal over de doop van Jezus door Johannes de Doper vertellen. Zij kan zo mooi vertellen, dat je het gevoel hebt, dat je er zelf bij bent.
“Jezus, loopt door de woestijn en ziet Johannes de Doper zondaars dopen. Hij vraagt aan Johannes of hij Hem ook wilt dopen. Maar Jezus, U hebt toch geen zonden, waarom moet ik U dan dopen? Nee, ik moet U niet dopen, maar U moet mij dopen." 
Johannes vergeet dat Jezus de zonden van ons allemaal met Zich meedraagt. Daarom moet Hij zeker gedoopt worden.”
“Ik ben niet gedoopt, Juf, ben ik nu een zondaar?”
Zus Eend kijkt Kitty aan en die loopt naar haar toe en zegt:
“Nee Zus, dat is niet erg, want als je later groot bent, kun je altijd zelf nog beslissen of je gedoopt wilt worden of niet. Tevreden?”
Kitty aait Zus over haar hoofd en die knikt blij.
“Dank u wel juf, dank u wel.” Zegt Zus met traantjes in haar ogen. 
Kitty gaat verder met haar verhaal.
“Johannes de Doper neemt Jezus bij Zijn hand en loopt met Hem de rivier de Jordaan in en dompelt Hem in het water. Jezus gaat zo diep dat hij bijna verdrinkt, maar Hij verdrinkt niet, nee, Hij staat opeens weer aan de oever van de Jordaan met een nieuw leven in Zijn hart. Jullie weten wel als je gedoopt wordt, begint er een nieuw leven voor je in het hart.”
Kitty kijkt de klas rond en ieder kind kijkt haar vragend aan. Een nieuw leven, er is toch maar één leven.
“Met een nieuw leven wordt bedoeld dat je vanaf de doop aan de Hand van God door het leven gaat.”
Kitty hoort de kinderen opgelucht ademhalen. O. zo bedoelt de juf dat.
“Als Johannes de Here Jezus heeft gedoopt, ziet hij de hemel opengaan en een duif gaat op Jezus schouder zitten. Ook hoort hij een stem die zegt: ‘Dit is Mijn Geliefde Zoon in wie Ik Mijn welbehagen heb. Nu is het voor Johannes zeker: Jezus is de Zoon van God, de Verlosser. De duif op de schouder van Jezus is de Heilige Geest en die brengt Hem naar de woestijn om Zijn gehoorzaamheid te tonen. Wat is de woestijn een verschil met het paradijs waarin Adam en Eva leefden. In het paradijs was God er met Zijn Liefde, maar in de woestijn leven gevaarlijke dieren die allemaal om Jezus zwerven en verder is het één grote eenzame vlakte.”

Langzaam zijn de ogen van Piepie Muis dichtgegaan. Zij droomt dat zij in de woestijn loopt en dat voor haar onbekende wilde dieren aan haar rokje trekken en dat zij hard wegrent, maar dat haar voetjes in het zand blijven steken. Ze heeft honger en dorst, veel dorst. Het duurt lang voor ze haar vinden. In de verte hoort ze haar naam roepen: Piepie, Piepie. Ze is zeker in het zand in slaap gevallen. Dan voelt ze een wild beest die haar bij haar schouder pakt en ze doet haar ogen open om te kijken welk wild beest haar wilt opeten. Ze kijkt in het lieve gezicht van juf Kitty die ook wel een beetje boos kijkt.
“Wat is er aan de hand Kitty, had je een enge droom?”
“O juf, het was zo erg. Ik liep helemaal alleen door de woestijn en enge, wilde beesten wilden mij opeten. Opeens hoorde ik een stem die mij riep.”
“Dat was ik Piepie, want je was zo wild met je armen om je heen aan het slaan, dat Zus Eend ergens anders is gaan zitten. Je riep telkens weer dat ze je met rust moeten laten.”
Kitty heeft een glas water laten halen en laat Piepie wat drinken. Daar wordt ze weer wat rustiger van en vraagt:
“Was Jezus ook zo bang in de woestijn?”
Kitty lacht en aait haar over de rug en zegt:
“Jezus denkt in de woestijn niet aan eten of drinken. Hij bidt om kracht zodat Hij het tot het einde van de woestijn kan volhouden. Hij bidt ook dat Hij Zijn Vader trouw mag blijven. Hij vast veertig dagen in de woestijn.”
Kitty vindt het voor vandaag wel genoeg en vraagt aan Piepie of het weer goed met haar gaat. Piepie knikt en kwebbelt al weer met Zus die weer naast haar is gaan zitten.


“Ahum, ahum, beste kinderen, het is bijna Palmpasen. Het is al een heel oud gebruik om Palmpasen stokken te maken. Groep 7 en 8 hebben voor alle leerlingen een Palmpasen stok gemaakt die ze nu komen rondbrengen. Jullie juf of meester vertelt iets meer over de Palmpasen stok. Einde mededeling. Even later wordt de deur geklopt en komen de kinderen de stokken brengen. Het duurt even voordat de kinderen rustig zijn, maar eindelijk kan Kitty iets vertellen over de geschiedenis er van.
“Heel vroeger vierde men het begin van de lente. Toen versierde men stokken. Het broodhaantje was het symbool van de overwinning van de zon op de duisternis, zoals jullie wel weten, als het licht wordt kraait Jacob de Haan. Dat doet hij nu, en dat deden al zijn voorouders ook al. In het midden van het kruis zit vaak een rond broodje. Dat is dan een symbool voor de zon. Toen de dieren Christen werden, werd de Palmpasen stok omgedoopt tot de drager van symbolen voor wat er in de stille week gebeurde. Ook hier in het Grote Hazelbos. Daarbij horen verhalen over Jezus. Ik weet nog een paar verhalen die met de Palmpasen stok te maken hebben. 
Bij het groen waarmee we de stok versieren hoort een verhaal, het is namelijk symbool voor de palmtakken van Palmpasen. Op Palmpasen reed Jezus op een ezeltje Jeruzalem binnen. Iedereen dacht: nu gaat het gebeuren. Jezus wordt koning en Hij zal de Romeinen verjagen. Ze riepen: Hosanna. Het zou heel anders aflopen. Nog geen week later riepen ze: Kruisig Hem. 
Een kroon of een krans laat zien dat Jezus koning is, tot koning gezalfd, niet door een priester, maar door Maria. Een zakje met 30 krenten of rozijnen verbeeldt dat Jezus door Judas Iskariot voor 30 zilverlingen verraden werd. 
Bij het broodhaantje hoort ook een verhaal. Toen Jezus gevangen genomen was, vluchtten zijn vrienden. Petrus, één van zijn vrienden, volgde Hem op afstand. Enkele mensen vroegen hem: 'Jij hoorde toch ook bij die Jezus?' Petrus antwoordde toen tot drie maal toe: 'Ik? Nee hoor, ik ken die man niet!' Toen kraaide een voorouder van Jacob de Haan. En Petrus herinnerde zich dat Jezus gezegd had dat het zou gebeuren. En Petrus vluchtte verdrietig weg. Het haantje is van brood. Dat is ook een symbool voor het brood van het laatste avondmaal dat Jezus samen met zijn vrienden vierde.
Het kruis is symbool van het verhaal van Goede Vrijdag. Jezus is gevangen genomen. Al zijn vrienden hebben Hem in de steek gelaten. Pilatus, de stadhouder, vraagt aan iedereen wat er met Jezus gedaan moet worden. Ze roepen: Kruisig Hem! Zo wordt Jezus als misdadiger gekruisigd.
Maar dit is niet het einde, het kruis wordt versierd. We hangen er eikeltjes aan en bloemen en honingbolletjes. Ook kan in het midden van het kruis een zon gehangen worden. Symbolen voor nieuw leven. Het wordt Pasen! Jezus staat op, zijn verhaal gaat verder, net zoals in de natuur ieder jaar in de lente alles opnieuw gaat.” 
Ademloos hebben de kinderen naar Kitty geluisterd. 
“Wat mooi”  zegt Eekie Eekhoorn. “Ik neem de Palmpasen stok zondag mee naar de kerk.” zegt Piepie Muis.
Kitty zegt: “Dat vind ik een mooie gedachte Piepie Muis, zondag komen we eerst op school en gaan dan in optocht naar de kerk en lopen door het middenpad naar voren toe.”

Volgende keer gaat het verhaal verder.